Ik maakte de overstap naar het voortgezet onderwijs in Rotterdam
“Als docent moet je wiskunde laten zien en tot leven brengen.”
Wiskunde zit in het vmbo soms in het verdomhoekje. Waar doe ik dit voor? Wat heb ik eraan? Mijn antwoord is: je leert hoe je dingen oplost. Als docent moet je wiskunde laten zien en tot leven brengen. Op een creatieve manier kun je lessen leuk, fysiek beeldend en praktisch maken. Ik heb ontdekt dat daar mijn talent zit. Ik zag de grote rollen papier waarmee we de tafels ontsmetten en schoonmaken. Die rollen gebruik ik nu om ze de omtrek van een cilinder te berekenen. Ik heb een kapotte 3D-printer gerepareerd en die gebruik ik wel eens om de stelling van Pythagoras te demonstreren. De robot danst van links, naar rechts en in bepaalde hoeken schuin omhoog. Ook kun je de actualiteit in de klas halen, zoals met het coronavirus en exponentiële groei. Dan zijn je lessen niet saai, daar kan geen boek tegenop. Ja, ik kijk met wiskundeogen om me heen. Overal zit wel een praktische wiskundeles in. Toen we met een klas in de Efteling waren, vroegen kinderen me of ik niet bang was in de achtbaan. Haha, nee en ik zag dat als een levendig voorbeeld om g-krachten uit te leggen.
Broekie voor de klas
Ik ben als zij-instromer het onderwijs ingerold. Ik studeer Mechanical Engineering aan de TU Delft en ben van plan om voor mijn eerstegraadsbevoegdheid wiskunde te gaan. Voor een educatieve minor met een beperkte tweedegraadsbevoegdheid kon ik 30 studiepunten krijgen en ik dacht waarom ook niet? Ik was het niet van plan, maar ik besloot toch iets met dit papiertje te doen. Een oud-directeur van mijn oude school attendeerde me op een baan als wiskundeleraar op Wolfert Lansing. Drie dagen in de week wiskunde. Een jaartje. Als broekie van 22 jaar ging ik voor de klas staan. Spannend om zo jong te zijn, maar tegelijk stond ik door mijn leeftijd dicht bij de leerlingen en hun sociale leven. Mijn eerste jaar voor de klas was pittig. Ik wilde mezelf bewijzen en moest nog veel leren. Maar door schade een schande word je wijzer en ik heb veel aan mijn collega’s gehad.
Je leert voor het leven
Door corona en de lockdown liepen leerlingen een achterstand op in wiskunde. Zowel leerlingen als ouders vroegen om extra lesmateriaal. Maar ja, ik vond de bestaande methode niet toereikend en te duur. Soms is meer theorie niet genoeg, maar moet je het anders brengen. In een enthousiaste bui ben ik toen maar zelf een wiskundeboek gaan schrijven. Dat was gaaf en tegelijkertijd een proces van vallen en opstaan. Maar als ik iets begin, dan maak ik het ook af; die les geef ik ook mijn leerlingen mee. Ik heb veel zelf gedaan, zoals alle grafische elementen. Zelfs de leerlingen, collega’s en de directeur komen in het boek voor. En als motto heb ik een zegeltje gemaakt met een Latijnse spreuk: Non scholae, sed vitae discimus, je leert niet voor school, je leert voor het leven.
Maak het verschil
In het onderwijs verdien je minder dan in het bedrijfsleven, hoor ik wel eens. Als ik dan een grafiek teken met vrije tijd en geld op de assen, dan kan ik duidelijk maken dat veel geld en weinig vrije tijd niet ideaal zijn. Genoeg geld en ruime vrije tijd, dat vind ik een mooie balans in het onderwijs. En wat ook bijzonder waardevol is: je bouwt een band met je leerlingen op. Je maakt ze twee tot vier jaar mee en je bent veel meer dan een leraar voor ze. Een goede leraar maakt echt het verschil. Dat heb ik zelf in mijn middelbare schooltijd ervaren: mijn mentor en sommige leraren van destijds zijn me bijgebleven; goede herinneringen zijn onsterfelijk. Als ik zes weken zomervakantie heb, mis ik mijn leerlingen. Nooit gedacht dat ik het lesgeven zo leuk zou vinden: ik ga elke dag met plezier naar school.
Stad van kansen
De stad is ideaal voor uitjes met de leerlingen. Zo maken we wel eens een stadstour met de kinderen. Dit doen we in de vorm van een speurtocht langs beelden en plekken met een verhaal. Ze leren iets over plattegronden en de stad. Dan voel ik me trots dat ik ze mijn eigen stad kan laten zien. Rotterdam is modern en mathematisch opgezet, ruim en toch levendig. Ook ben ik blij met het multiculturele in de stad en in de klas. Ik heb zelf een tijdje gewerkt in de Botlek en vertel mijn leerlingen dat Rotterdam ook een stad is van werkgelegenheid. Kansen genoeg!
Ik wandel graag van Coolsingel naar Erasmusbrug. Een reis van verleden naar toekomst. Van de middeleeuwse Laurenskerk, de kogelgaten in de gevel van het stadhuis, de wederopbouw en veerkracht van Rotterdammers naar moderne architectuur op wereldniveau. Als ik behoefte heb aan natuur en stilte ga ik in Midden-Delfland een toertje wielrennen.
Bekijk hier alle informatie over leraar worden in Rotterdam of ga direct naar de vacaturepagina.
Woensdag 11 september 2024 organiseert de gemeente Rotterdam samen met de Rotterdamse schoolbesturen en kinderopvangorganisaties een informatiebijeenkomst. Daar leggen ze uit hoe je de overstap kunt maken naar het onderwijs of de kinderopvang.
Meld je binnenkort aan voor de informatiebijeenkomst. Hier verschijnt binnenkort een button.