Nieuwe afspraken huisvesting voorscholen peuteropvang
Een doorlopende leerlijn garanderen aan kinderen van twee tot twaalf jaar. Met die inzet maakten onderwijsbesturen, kinderopvang en gemeente nieuwe afspraken over gebruik van ruimten binnen scholen door voorscholen peuteropvang.
De voorscholen peuteropvang maken gebruik van ruimte in basisscholen. Wanneer de scholen zelf de vierkante meters nodig hebben – bijvoorbeeld omdat ze meer leerlingen hebben – moet de peuteropvang verhuizen. Dat schaadt de doorlopende leerlijn die opvang en scholen aan kinderen willen bieden.
Ruimtegebrek
In de nieuwe regeling wordt nu op een school vierkante meters aan het onderwijsgebruik onttrokken en toegewezen aan de voorschool. Die ruimte is dan niet meer beschikbaar voor het onderwijs en kan niet worden teruggevraagd. De voorscholen zijn op die manier verzekerd van hun plek. Als de school vervolgens te maken krijgt met ruimtetekort, kan het bestuur bij de gemeente een verzoek om uitbreiding indienen.
7.000 m2
De verwachting is dat er zo’n 7.000 m2 extra ruimte nodig is in Rotterdam. De gemeente trekt voor deze regeling 8 ton per jaar uit. De regeling is ook bedoeld voor scholen die nog geen ruimte hebben om een voorschool voor peuteropvang in het gebouw onder te brengen.
De afspraken voor het onttrekken van vierkante meters aan het onderwijsgebruik én de wijze waarop ruimte voor voorscholen peuteropvang wordt toegekend, zijn vastgelegd in een beleidsregel. Het initiatief voor een aanvraag ligt bij de schoolbesturen. Zij kunnen de gemeente verzoeken tot onttrekking van de vierkante meters ten behoeve van de voorscholen en – indien nodig – vragen om extra ruimte.