Normbedragen geven meer vrijheid voor scholen bij nieuwbouw

Gemeente Rotterdam heeft de manier waarop schoolbesturen geld ontvangen voor nieuwbouw van scholen gewijzigd. Vanaf nu gaat zij uit van een vast (genormeerd) bedrag per vierkante meter bij nieuwbouw. Schoolbesturen krijgen hierdoor meer verantwoordelijkheid en vrijheid om te bepalen hoe ze het geld willen besteden.

De gemeente heeft de wettelijke zorgplicht om te voorzien in geschikte huisvesting van scholen in het primair, voortgezet en speciaal onderwijs. Zij betaalt de nieuwbouw van scholen. In de verordening onderwijshuisvesting staan de spelregels die bij nieuwbouw van toepassing zijn. Tot voor kort stond in deze verordening dat de gemeente de nieuwbouw van een school vergoedt op basis van werkelijke kosten. Dit hield in dat schoolbesturen moesten onderbouwen welke kosten zij voor nieuwbouw en/of uitbreiding van de school verwachtten te maken. De gemeente toetste deze onderbouwing. Op basis van deze toetsing stelde de gemeente geld beschikbaar.

Minder administratieve lasten

In de nieuwe verordening wordt uitgegaan van bekostiging op basis van normbedragen. Hierdoor hebben schoolbesturen vooraf meer duidelijkheid over het geld dat ze ontvangen, is er minder discussie over details, zijn er minder administratieve lasten en is er meer eigen verantwoordelijkheid en vrijheid voor schoolbesturen.

De normbedragen in de verordening 2019 zijn opgehoogd om te kunnen voldoen aan extra benodigde investeringen in het gebouw op basis van het Rotterdamse ambitieprofiel Frisse Scholen en de wettelijke BENG-eisen (Bijna Energie Neutraal). Deze zijn vanaf 2020 van kracht.

Van kracht

Het afgelopen jaar heeft de gemeente overleg gehad met de Rotterdamse schoolbesturen over het toepassen van normbedragen en het aanpassen van de verordening. De sectorkamers zijn akkoord met de nieuwe verordening en de gemeenteraad heeft deze in juni 2019 vastgesteld. Hiermee is de verordening direct van kracht voor alle nieuw op te starten projecten.