Quincy van Dijk, beste Leraar van het Jaar 2019, categorie basisonderwijs

‘Wat ik de kinderen meegeef, is dat ze nooit op moeten geven. Iedereen krijgt te maken met tegenslag en daar mag je even flink van balen. Maar je komt er ook weer sterker uit.’ En Quincy kan het weten, hij overwon meerdere hobbels om te komen waar hij nu is. Quincy van Dijk, meester van groep 8, is winnaar in de categorie basisonderwijs.
Toen Quincy zelf nog op de basisschool zat, wist hij al dat hij leraar wilde worden. ‘Ik vond het altijd leuk om naar school te gaan. Aan het einde van de dag dacht ik hé, ik heb wat geleerd. Dat vond ik toen al bijzonder.’ Na de basisschool ging Quincy naar het vmbo. ‘Ik had al helemaal uitgestippeld welke vervolgopleiding ik daarna ging doen.’
‘Ik wilde mijn droom waarmaken: leraar worden!’
Maar op de middelbare school kwam Quincy erachter dat hij dyslectisch was. ‘Op het ene mbo wilden ze me daarom niet aannemen voor de opleiding van onderwijsassistent. Dat vond ik heel hard, als je dat hoort op je 15e, doet dat wat met je. Op de andere mbo-school was ik wel welkom. Ze gaven aan dat het vanwege mijn dyslexie een jaartje langer kon duren. Dat vond ik niet erg, ik wilde mijn droom waarmaken: leraar worden!’
Kers op de taart
Quincy slaagde op het mbo en stroomde door naar de pabo. Op de hogeschool van zijn eerste keuze zat hij niet op zijn plek. Nadat hij die verruilde voor een kleinschalige hogeschool, ging het stroomopwaarts. Zijn tweede stage liep hij op de Waalse school in Crooswijk, dat verliep zo goed dat ze hem terugvroegen. Daar staat hij sinds 3 jaar fulltime voor de klas. ‘Mijn collega’s hebben me genomineerd voor de verkiezing, dat vond ik al fantastisch. Toen ik ook nog won, voelde dat als de kers op de taart voor de route die ik heb afgelegd.’ Quincy is nu ambassadeur voor de landelijke onderwijscampagne ‘De baan van het leven’ en hij geeft lezingen. ‘Daar ben ik echt supertrots op.’
Stimuleren en motiveren
Hoe ziet Quincy zichzelf als leerkracht? ‘Didactisch ben ik misschien niet de sterkste maar pedagogisch wel. Ik kan kinderen goed stimuleren en motiveren. Ieder kind heeft een talent. Ik vind dat in het onderwijs daar meer naar gekeken mag worden. Nu ligt de nadruk vooral op waar een kind niet goed in is. Focus juist op wat een kind wél goed kan. Verder leer ik de kinderen open en eerlijk te zijn, naar elkaar en naar mij toe. Ik zeg altijd: respect geven is respect krijgen. Ik besteed veel tijd aan het ontwikkelen van een hechte band. Ik wil weten hoe het thuis gaat. Ik vraag veel van ze, daarom ben ik ook open over mezelf.’
Snoeplaatje
Wat Quincy raakt is de armoede waar sommige leerlingen mee te maken hebben. ‘Dat doet pijn. We doen als school wat we kunnen. Onze directeur staat elke ochtend en middag bij de deur zodat ouders haar makkelijk aan kunnen spreken. Het liefst zou ik voor ieder kind die dat nodig heeft een gezond ontbijt maken maar dat gaat niet. We delen schoolfruit uit en ik heb een speciaal snoeplaatje met tussendoortjes, hier geniet ook menig collega van.’
Sparta en de liefde
Naast het onderwijs heeft Quincy nog een grote passie: Sparta. ‘Al van kinds af aan. Toen ik studeerde, ging ik vaak bij een training kijken om mijn hoofd leeg te maken. Sinds 6 jaar ben ik vrijwilliger, ik ben veel in het supportershome te vinden. Ik sta achter de bar, ben dj en organiseer feestjes. En ik heb mijn vriendin hier leren kennen! Mijn huidige klas had ik ook als groep 5, zij hebben het begin van onze verkering meegemaakt. In december heb ik mijn vriendin ten huwelijk gevraagd, met behulp van de kinderen. Ze hadden een filmpje opgenomen: ‘Lieve Naomi, wil je met onze meester trouwen?’ Ze zei ja… Volgend jaar is de bruiloft en het feest is natuurlijk hier, bij Sparta!’